Fabrikanten kondigen sterke prijsaanpassingen aan door chiptekorten
Het nieuwe jaar 2026 is nog niet begonnen of de IT-infrastructuurmarkt moet al een fikse domper verwerken. Tal van grote leveranciers kondigen prijsaanpassingen aan die in 2026 kunnen oplopen tot liefst 40% of meer. Dat geldt ook voor onderdelen van computers, laptops en smartphones, maar wij merken op dit ogenblik met name in infrastructuur (‘systems’) een grote impact. Dat dwingt heel wat Belgische CIO’s om hun budgetplannen voor volgend jaar te herbekijken. Anticiperen is de boodschap.
--
De sterke prijsstijgingen zijn het rechtstreekse gevolg van het tekort van geheugentechnologie (zowel Flash als DRAM) en van processoren in de markt. De vraag naar deze technologieën is enorm gestegen door de doorbaak van de stekkerauto’s en ook van artificiële intelligentie. AI vergt niet alleen enorme rekenkracht, maar ook uitzonderlijk grote hoeveelheden geheugenchips.
Daardoor komt de hele supply chain onder spanning te staan en dat zorgt voor een ongeziene volatiliteit. Waar de toeleveringsmarkt normaal kan rekenen op langlopende raamcontracten met vaste prijzen, worden tarieven voor latere jaren nu niet meer bevestigd. Fabrikanten geven op dit moment geen garanties. Het zorgt voor onzekerheid over IT-budgetten, terwijl er nog geen euro is uitgegeven.
Gartner is realistisch maar voorzichtig
Gartner voorspelde op zijn novembercongres in Barcelona al dat ‘systems’-budgetten zouden stijgen. Op dit ogenblik lijkt die aanpassing van 18% ontoereikend, maar de toekomst valt ook voor ons erg moeilijk te voorspellen.
Contradictoir genoeg zullen de marktverstoringen als gevolg van de AI-hype ook een impact hebben op de doorbraak van artificiële intelligentie zelf. 2026 moest het investeringsjaar worden om AI lokaal uit te rollen. Als de prijsstijgingen werkelijk richting 40% evolueren, wordt dat plan een stuk minder haalbaar. We zien dat organisaties hun AI-plannen al beginnen uitstellen.
Verschillen tussen fabrikanten
In de huidige omstandigheden worden bepaalde capaciteitsverschillen tussen fabrikanten duidelijk en ook groter. Spelers die zelf geheugenchips ontwikkelen, lijken beter gewapend tegen de schaarste dan partijen die afhankelijk zijn van externe producenten. Nieuwe bedrijven die dankzij de AI-golf zijn opgeklommen, hebben bovendien de macht om de spelregels te veranderen. NVIDIA, het nieuwe ‘rijkste’ bedrijf ter wereld heeft volgens de OESO een marktaandeel tot 80% van GPU’s voor AI-servers in handen.
Dat leidt mogelijk tot marktverschuivingen zoals die vorig jaar al zichtbaar waren in de virtualisatiemarkt, waar tariefverhogingen tot 11% aanleiding gaven tot het heroverwegen van technologiekeuzes. Ik verwacht dan ook dat de systems-markt opnieuw een dip zal kennen die vergelijkbaar is met de zwakke periode in april-mei vorig jaar. Pas over een jaar zou er stilaan weer evenwicht kunnen ontstaan. Of er dan opnieuw prijscorrecties volgen, is koffiedik kijken.
Het Zuid-Koreaanse SK Hynix, de tweede grootste geheugenchipproducent na Samsung, is pessimistischer. Het bedrijf heeft zijn volledige productiecapaciteit voor 2026 verkocht en verwacht volgens Reuters dat de tekorten tot einde 2027 zullen aanhouden.
What to do
Voor organisaties die van plan zijn om hun infrastructuur in 2026 te updaten of uit te breiden, is het essentieel om investeringen te vervroegen en te vermijden dat stijgende prijzen het IT-budget nog sterker impacteren. Het is bovendien verstandig om meer flexibiliteit in te bouwen in de financiële planning, zodat onverwachte prijsstijgingen op het vlak van geheugen of processoren niet meteen voor vertraging zorgen.
Ook technische flexibiliteit kan helpen: hybride AI-modellen of gedeeltelijke cloudverwerking kunnen de nood aan lokaal high-end geheugen temperen. Daarnaast loont het de moeite om lifecycleplannen kritisch te evalueren en na te gaan welke systemen nog langer meekunnen dan oorspronkelijk voorzien. Schaarste lijkt in 2026 de toon te zetten. Wie nu anticipeert, behoudt controle.
Frank Goossens
Executive Manager Infrastructure, Econocom